1. Ik studeer veel voor toetsen en tijdens de toets weet ik niets meer. Wat kan ik doen?

    Jammer als je veel gestudeerd hebt en je dan niet kan tonen wat je weet.  De stress speelt je parten.

    Wat kan je doen tegen de stress bij toetsen?

    – Denk eraan, je waarde hangt niet af van goede resultaten. Als een kind van God sta je aan de kant van de Koning! Wat een ontspanning!
    – Probeer om minder gespannen naar de toets te gaan: Stop op tijd met studeren (een uur voor het slapengaan), kijk niet tot voor het slapengaan een spannende film en maak geen computerspelletjes, want dit zorgt voor nog meer spanning. Ga in plaats daarvan nog even wandelen of fietsen met iemand van je gezin, want door te bewegen bouw je de stresshormonen af, je slaapt beter en wordt meer ontspannen wakker.
    – Voor de toets kan je op je ademhaling letten, want bij stress stokt ons soms letterlijk de adem. Let vooral op het rustig uitademen (het inademen gaat vanzelf). Ten laatste na 10 minuutjes wordt je rustig.
    De inzet van 10 minuutjes om rustig te worden is de moeite waard als je dan goed kan doorstarten tijdens de toets.

    Is er iemand op school aan wie je studie-advies kan vragen?

  2. Mijn broer heeft een ongeneeslijke ziekte. Hij zal niet meer lang leven.

    De pijn en ziektes van mensen waar je van houdt, hebben altijd een grote invloed op je eigen leven. Het is moeilijk mee om te gaan en vaak vind je geen antwoord op je vragen. Weet dat vragen mag, wat dan ook. God zal je niet altijd het antwoord geven dat je wil, maar Hij geeft je altijd wat je nodig hebt. Je kan je broer misschien niet genezen maar je kan wel een goede broer of zus voor hem zijn. Wees er voor hem en koester samen de fijne momenten. Geef hem de aandacht en liefde die hij nodig heeft, maar probeer ook nog aan jezelf te denken. Ook jij moet door de pijn heen. Probeer die pijn niet te negeren. Als je er over kunt praten met je broer, doe dit dan ook, ga samen door dit proces. Ook met je ouders en eventuele andere broers/zussen. Geef samen de pijn aan God en draag je broer aan God op.

    Praat met je broer over Gods oneindige liefde en genade. Misschien heeft hij zelf nog geen keuze voor Jezus gemaakt, help hem daar ook in. Breng een stukje hoop in de korte tijd die hij nog heeft. Een hoop dat hij straks Gods armen om zich heen mag voelen, dat hij geen pijn en verdriet meer zal hebben, maar bij God mag komen.

    Hou hier zelf ook aan vast, weet dat Gods beloftes stand houden, Hij belooft ons Zijn liefde en troost. Sta op die belofte en laat je troosten.

  3. Is alcohol drinken voor je 16de echt zo slecht?

    Het lijkt je misschien overdreven dat je pas vanaf 16 jaar alcohol mag kopen.
    Het is waar, alcohol drinken voor je 16 bent, is schadelijk. Je hersenen zijn volop aan het ontwikkelen, en door alcohol wordt deze ontwikkeling belemmerd. Als je je hersenen echt niet wil schaden, dan moet je zelfs wachten met alcohol drinken tot je 24 bent. Pas dan zijn je hersenen helemaal ontwikkeld. Als je slim bent (en het ook wilt blijven), wacht je dus beter.

  4. Ik heb gehoord dat je niet verslaafd geraakt aan blowen. Is dat nu waar of niet?

    Blowen is het roken van wiet. Wiet valt onder de categorie “softdrugs”, wat niet wil zeggen dat het een “softe” drug is! De naam “softdrug” toont aan dat je niet lichamelijk ziek wordt als je stopt met blowen (zoals dat bij een heroïneverslaving wel het geval is). Er is wel een geestelijk verlangen om weer te blowen. Je wordt dus geestelijk wel verslaafd, wat net zo erg kan zijn als lichamelijk verslaafd.